Volgens Socrates was het de enige mogelijkheid echte kennis te verwerven. Het is niet gemakkelijk volgens mij. Ik ga er van uit dat een deel van ons vroegste geheugen in ons lichaam is opgeslagen en niet in ons brein. Het lijf is je vaak voor. Het reageert al voordat er de signalen die van de buitenwereld op je af komen bewust zijn geworden. Ik ben mezelf af en toe een echt raadsel.
Aan het einde van het vorig jaar ging ik echt niet goed. Pijn in mijn been wanneer ik fietste. Ik kan me nog dagen herinneren dat ik het gevoel had door mijn benen te zakken, geen stevigheid en knikkende knieen. Ook de bloedwaarden waren minder en nieuwe plekjes op de wervelkolom. Nu schrijven we begin maart en het gaat goed. Ik voel me goed, de MRI was goed en de bloedwaarden ook. Wanneer de marker, waaraan men het kankerproces afleest boven de 50 komt moet er van medicijnen veranderd worden. Ik ga gewoon door met de arimidex.
Een mens is een betekenis gevend wezen. Zo ook ik. Misschien klopt mijn verhaal technisch niet, maar het lijkt of er deeltjes van de puzzel in elkaar vallen.
Ik kom uit een arbeidersgezin. Mijn vader was de oudste zoon van een boer met een gemengd bedrijf in Twente. Katholiek en 14 kinderen. Hij werd zoals zo velen textielarbeider toen hij trouwde. Mijn moeder kwam uit het dorp en werkte op het vilt, een textielfabriek. Ook zij kwam uit een katholiek nest met 11 kinderen. Ze trouwden in 1952 en in augustus het jaar erop zag ik het levenslicht. Ben dus de oudste. Mijn ouders werden geconfronteerd met de resusfactor en dat betekende dat er een aantal baby's na mij zijn overleden, vlak na de geboorte. Een meisje overleed toen ik anderhalf was, het volgende meisje toen ik vijf was, een tweeling toen ik negen was het meisje vlak na de geboorte, het jongetje heeft een paar dagen geleefd. Mijn ouders hadden veel verdriet toen het jongetje ook overleed. Samen met een oom van mijn vader stonden ze in het mortuarium. Met mijn vader ging ik kijken. De oude man in het midden en de twee kleine kistjes aan weerszijden. Mijn vader zei dat het goed was zo, nu kon zijn oom nog ijsjes voor ze kopen onderweg. Daarna heeft mijn moeder nog een bijna voldragen baby verloren toen ik 12 jaar was. Gelukkig heb ik een broertje en twee zusjes. Broer is 3 jaar jonger, mijn zusjes 7 en 11 jaar. Inmiddels dus volwassen mensen, die allemaal hun eigen gezin hebben gesticht.
Het zit dus in mijn lijf, de spanning wanneer er weer een baby gaat komen. Het is voor mij niet allemaal zo vanzelfsprekend dat het goed gaat.
Ook toen Sophie kwam in 1986 werden de tragische kanten van haar komst al snel duidelijk.
Sophie zelf was een pracht baby, maar alles ging niet vanzelfsprekend en ze is tot nu toe nog geen deel uit gaan maken van mijn dagelijks leven.
Met Fenna gaat het gelukkig goed. Ze is 2 januari geboren en maakt nu deel uit van een heel gelukkig gezinnetje. Afgelopen zondag heeft mijn moeder haar tweede achterkleinkind mogen bewonderen. Vier generaties in één huis en dat maakte we voor de eerste keer mee. Ik adem weer. Ik zucht van verlichting. Ik krijg weer zuurstof en het gaat weer goed met me.
Jammer genoeg had ik zondag mijn fototoestel vergeten. Het is niet op de gevoelige plaat vastgelegd.
woensdag 4 maart 2009
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten